Het stormt, de wind giert om en soms door het huis. De deuren klapperen, en af en toe beuken ze in de sponningen. Als ik naar buiten kijk dan zie ik wolken hard door de lucht schieten. Bomen die hun takken nu al buigen, en misschien straks wel afknappen. En binnen? Binnen is het heerlijk warm, is er behalve mijn spiegeltje niemand in de kamer en geniet ik van de muziek die ik heb opgezet. Nog maar even geleden was en wel opwinding in huis. Want buiten in ons vogel potje met pindakaas bleek een muis zich schuil te houden. Zich lekker tegoed aan het doen aan de pindakaas van de vogels, en ondertussen heerlijk beschut tegen de regen en eventuele rovers. Toen de jongste naar buiten ging om deze muis te aanschouwen, bleef deze ook heerlijk zitten. Toen papa echter kwam om een foto te schieten verdween de muis schielijk in het riet wat tussen de beide schuttingen zit. Best wel gemeen, want ik had zulk een mooie foto in gedachten. De opwinding in huis was een korte storm, en na nog enige waarschuwingen over het niet openlaten van de achterdeur verdween de opwinding.
Ondertussen zit ik nog steeds met mijn spiegeltje in de kamer, waait het nog steeds hard en denk ik zou het goed gaan? Zullen de schuttingen blijven staan? Zal iedereen die ik ken en nog onderweg moet veilig thuiskomen? De wolken schieten nog steeds voorbij en de muziek klinkt nog steeds in huis en mijn gedachten dwalen al verder af. Dwalen naar de vergelijking van deze storm met de dingen die wij storm in ons leven noemen. Stormen die ons benauwen en verstikken, waar soms heel veel schade van komt, maar die soms ook niet meer zijn dan een paar spetters uit een glas water. Het zou voor mij persoonlijk wel een zegen zijn als de stormen in mijn leven zich op dezelfde wijze als deze storm zouden aandienen. Als de waarschuwingen ook op eenzelfde wijze door zouden komen. Volgens mij wordt mijn leven dan een stuk aangenamer. Misschien zelfs de levens van mijn omgeving ook wel. Echter hoop ik dan wel dat ze niet zo lang duren als nu. Dat het na 24u toch wel over is. Het mooie van deze metafoor is ook dat het water na de storm spiegelglad kan zijn. Geen rimpeltje die je ziet. Weerspiegelingen van alles wat er aan de randen van het water is, van de horizon die zichtbaar is. Blauwe luchten of een sterrenhemel die al zijn geheimen in de spiegel blootgeeft.
Mijn gedachten alten mij nu heel erg mooie dingen zien, en ik heb gewoon zin aan het moment dat ik weer in rustig vaarwater terecht gekomen ben. Dat ik weer dat rimpelloze water ben wat alles weerspiegelt. Van veraf zien we dan de boot aankomen die het water doormidden klieft, die voor rimpelingen zorgt die uitdoven tot kleine golfjes die de kust niet eens bereiken. En na die tijd is het weer die mooie gladde spiegel. Wat een rust, wat een kalmte, wat een genot om dit te zien.
Helaas, mijn gedachten worden ruw verstoort doordat iemand de trap komt aflopen. Ik kijk naar buiten en zie dat de wind nog steeds met de schutting aan het vechten is. Kijken wie de sterkste is, tot nu toe is het gelijkspel. De wolken rennen ook nog steeds langs de hemel, en ik hoor af en toe het fluiten van de wind. Een rilling trekt langs m'n benen omhoog. De deur staat met 1-0 achter want ze laat een beetje wind door een kiertje komen. Mijn spiegeltje slaapt nog steeds, en de muziek speelt nog steeds. Mijn mooie gedachten hebben mij verlaten, dus ik stop nu maar. Ik hoop dat ik straks, vlak voordat de storm volledig losbarst, nog even weer een klein glimpje op kan vangen van dat mooie rimpelloze water waarin alles weerspiegelt.
Ondertussen zit ik nog steeds met mijn spiegeltje in de kamer, waait het nog steeds hard en denk ik zou het goed gaan? Zullen de schuttingen blijven staan? Zal iedereen die ik ken en nog onderweg moet veilig thuiskomen? De wolken schieten nog steeds voorbij en de muziek klinkt nog steeds in huis en mijn gedachten dwalen al verder af. Dwalen naar de vergelijking van deze storm met de dingen die wij storm in ons leven noemen. Stormen die ons benauwen en verstikken, waar soms heel veel schade van komt, maar die soms ook niet meer zijn dan een paar spetters uit een glas water. Het zou voor mij persoonlijk wel een zegen zijn als de stormen in mijn leven zich op dezelfde wijze als deze storm zouden aandienen. Als de waarschuwingen ook op eenzelfde wijze door zouden komen. Volgens mij wordt mijn leven dan een stuk aangenamer. Misschien zelfs de levens van mijn omgeving ook wel. Echter hoop ik dan wel dat ze niet zo lang duren als nu. Dat het na 24u toch wel over is. Het mooie van deze metafoor is ook dat het water na de storm spiegelglad kan zijn. Geen rimpeltje die je ziet. Weerspiegelingen van alles wat er aan de randen van het water is, van de horizon die zichtbaar is. Blauwe luchten of een sterrenhemel die al zijn geheimen in de spiegel blootgeeft.
Mijn gedachten alten mij nu heel erg mooie dingen zien, en ik heb gewoon zin aan het moment dat ik weer in rustig vaarwater terecht gekomen ben. Dat ik weer dat rimpelloze water ben wat alles weerspiegelt. Van veraf zien we dan de boot aankomen die het water doormidden klieft, die voor rimpelingen zorgt die uitdoven tot kleine golfjes die de kust niet eens bereiken. En na die tijd is het weer die mooie gladde spiegel. Wat een rust, wat een kalmte, wat een genot om dit te zien.
Helaas, mijn gedachten worden ruw verstoort doordat iemand de trap komt aflopen. Ik kijk naar buiten en zie dat de wind nog steeds met de schutting aan het vechten is. Kijken wie de sterkste is, tot nu toe is het gelijkspel. De wolken rennen ook nog steeds langs de hemel, en ik hoor af en toe het fluiten van de wind. Een rilling trekt langs m'n benen omhoog. De deur staat met 1-0 achter want ze laat een beetje wind door een kiertje komen. Mijn spiegeltje slaapt nog steeds, en de muziek speelt nog steeds. Mijn mooie gedachten hebben mij verlaten, dus ik stop nu maar. Ik hoop dat ik straks, vlak voordat de storm volledig losbarst, nog even weer een klein glimpje op kan vangen van dat mooie rimpelloze water waarin alles weerspiegelt.
Reacties
Een reactie posten